Posts

Posts uit augustus, 2022 tonen

206 Voor wie er niet mee op kan houden

Afbeelding
   Voor wie er niet mee op kan houden, de smaak te pakken heeft, snakt naar meer: hier de zeven verhalen die er in het post-Charmstijdperk zijn bijgekomen, tussen 1940 en 1955.    Ze staan dus niet in de uitgave van 1937, die we de afgelopen veertig blogs hebben vertaald. Maar ze zijn wel vertaald door Ter Laan, Rottenberg, Warkentin en Mazzi, die zich allemaal baseren op de uitgave van 1955. (Anders dan Helen Black die in 1938 de oorspronkelijke uitgave al in het Engels vertaalde, uitgegeven in New York door Coward McCann als The Cautious Carp and Other Stories , een boek dat ik niet ken en niet heb, zie blog 202, hier .)    De scans komen uit de Russische uitgave van 1962.    Ik laat de teksten met letterlijke vertaling en scansie volgen.    Succes met het vercharmsificeren. Ik kom er later op terug.    1 Добро пожаловать. Dóbre pazjálovatj. Welkom.    Zonder tekst. Aan de slag! (De illustratie staat hierboven.)    2 Зайчик парашютист. Zájtsjik párasjoetíst. Haasje-parachuti

205 Het verhaal van de ontvreemde netten

Afbeelding
   Dat is het enige leuke detail hier, dat die apen van apen zich hun hangmatten wederrechtelijk toeëigenen.    Het is ook meteen het detail dat Hans ter Laan verdonkeremaant en zonsverduistert, in zijn vertaling Laatste verhaal : In een hangmat gaan wij slapen, Wij zijn toch drie slimme apen. Welterusten allemaal! Dit is ’t eind van ons verhaal.    Dorian Rottenberg behoudt het, in The Last Story : Three monkeys stole a net one day. See what a roguish set are they. But now my book of stories ends, So off to sleep, my little friends.    Geen meestelijke vertaling. De tweede regel hangt erbij als een kunstarm die nog vastgestikt moet worden, en het rijm ends friends is wel heel makkelijk. En makkelijk – zoveel mag de afgelopen veertig blogs wel duidelijk zijn geworden – is iets anders dan simpel. Het zou al beter zijn als de twee regels omgedraaid waren: Now off to sleep, my little friends. The book of bedtime stories ends. Dan werk je naar het eindwoord einde toe, en n

204 Het verhaal van het ontkooide vogeltje

Afbeelding
   Geen geweldig gedicht. Snottebellerig.    De tekst is na ’37 helemaal veranderd – maar er nog steeds niet op vooruitgegaan. Hoe dan ook hoeven we Ter Laan, Rottenberg, Warkentin en Mazzi niet te raadplegen.    En dat gedoe altijd over vogeltjes en vogels. Ik wil weten wat voor vogel. Was het een staartmees of een adeliepinguïn? Een Andescondor of een robijnkeelkolibrie? Een slobeend of een roestbuikberghoningkruiper? Een huismus of een dunsnavelraafkaketoe? Een slavink of een okerkapdwergmierpitta?    Er zijn duizenden en duizenden soorten en ondersoorten vogels. Maar de arme kindjes mogen er maar twee kennen: de vogel en het vogeltje.    In Amsterdam vervangen door de sijs en de drijfsijs. (Hoewel er ook nog een paar Amsterdammers rondlopen die alle vogels een vinkie noemen.)    Wat is dat voor educatie?    Op de tekeningen staat een vrij nondescript vogeltje. Een Filipijnse slangenarend is het niet, als ik goed kijk.    Zullen we er een heggemus van maken? Een kruisbekvink?

203 Het verhaal van de afgegleden Volodja

Afbeelding
   Het gedicht is na 1937 gesneefd, dus een andere vroegste Charms-vertaling van Hans ter Laan heeft het niet opgeleverd in 1958.    De andere gedichten in deze Getekende verhalen zijn – in minder of meer duidelijke mate – geschreven naar aanleiding van de illustraties. Eerst was er het plaatje – en natuurlijk het idee van een verhaal – en toen pas de tekst.    Wat bij illustraties maken de omgekeerde wereld is en niet vaak voorkomt.    Het verhaal van de afgegleden Volodja is de vreemde eend in de bijt. Het verhaal is geënt op een 24-regelig gedicht van Wilhelm Busch, Die Rutschpartie uit plm. 1860. Ik citeer hem helemaal: Da kommt der Hans auf seinem Schlitten Vergnügt den Berg herabgeritten. Grad geht der Küster da vorbei Und friert und denkt sich allerlei. Schwupp! hat der Schlitten ihn gefaßt, Warum hat er nicht aufgepaßt?! Ein Jäger raucht und geht nach Haus; Der Schlitten kommt in vollem Saus. Schau, schau! Den Hund, den hat’s bereits. Der Jäger spränge gern

202 Het verhaal van de geklemde wolf

Afbeelding
   Dit woordloze verhaal kreeg na 1937 tekst. En die tekst luidt: Серый волк зубами щёлк! Нам не страшен серый волк! Где зайчонок прыгнет в щелку, Там ловушка злому волку.    Dat is zoiets als: Grijze wolf-klapkaak! Wij zijn niet bang van de grijze wolf! Het haasje springt, en klap, de boze wolf is gevangen.    De eerste twee regels zijn één en al sprookjescliché. Niet slecht, maar ook niet origineel. De derde en vierde regel woordspelen dan met het woorden sjsjolk (knip, klap, klik) en sjsjolka (een kier, een spleet). Tamelijk moeizaam.    Maar we gaan deze tekst niet vertalen, want hij kan niet eens van Charms zijn. Onze opdracht is zelf een charmsiaanse tekst maken.    De drie vertalingen die ik erbij heb, moesten het wel met die post-’37-tekst doen. Ik kijk ernaar voor de broodnodige inspiratie. (Inspiratie in de zin van: hoe het niet moet.)    Hans ter Laan heeft: Grijze wolf, die al je bek aflikt, Denk je dat een haasje daarvan schrikt? Voor ons is ’t spleetje niet

201 Het verhaal van de nestgeworden paraplu

Afbeelding
   Na 1937 is de eigenaresse van de paraplu geanonimiseerd en heette het verhaal, zonder Tanja’s naam te noemen, De avonturen van de paraplu .    Of, aangezien ze lidwoorden niet kennen in het Russisch, Avonturen van paraplu. Paraplu-avonturen.    Voor een vertaling met surrealistische connotaties: Parapluïstische avonturen. Parapluvonturen.    In het Nederlands zouden we misschien zeggen: Tanja’s paraplu gaat op avontuur. Maar De lotgevallen van Tanja’s paraplu is ook best leuk. Je kan voor de antropomorfisatie ook denken aan Plu gaat op reis .     Wat nu, wat nu, zei Paraplu. (zei mijn moeder altijd, alleen dan met Pichegru – ze kwam uit Maastricht.) En ging een eindje vliegen .    En dan?    En dan regel drie. Met als regel vier: En mag nu kindjes wiegen.    Even kauwen op die derde regel. Kauw, kauw...    Ha!     Wat nou! Wat nou! kraaide de kauw. Plu mag nu kindjes wiegen.    Beetje te snelle overgang tussen drie en vier. Dit dan. Tanja’s plu gaat op avontuur.

200 Het verhaal van de schommelende kikkers

Afbeelding
   Rijmt er wat bruikbaars op schommel? Twee kleine kikkertjes klein Waren dol op schommels Maar ach, het werd veel minder fijn Toen ze vlogen – drommels!    Beetje sjlapjes. Wat drommel! Het lijkt wel een negentiende-eeuwse moppentrommel. Even spieken bij Hans ter Laan. Die vertaalt de titel als Hadden ze beter opgelet, dan hadden ze nu nog reuze pret . Jaja, die kwakende snaken toch. Heerlijk ouderwetse moraalridderij.    Dorian Rottenberg: Look before you hang your swing, or heaps of trouble it will bring. Ook al zo verstandig.    Johann Warkentin: Schaukeln wollten sie im Teich, doch was haben sie erreicht? Ja, wat? Kennelijk was toen de inspiratie op.    Antoinette Mazzi: Si elles ne s’étaient pas balancées, elles ne se seraient pas envoléés! Nee, en als ik niet van het dak gesprongen was, dan lag ik nu niet op de grond!    Maar misschien zit daar wel een leuk idee in. Schommelen, schommelen! Hoger! Hoger! Ho maar, niet zó hoog.    En dan iets met schommelen in de

199 Het verhaal van het geofferde speelgoedkonijn

Afbeelding
   Wankel gedicht. De tweede regel valt er een beetje buiten – plotseling een alwetende verteller in het hoofd van het vluchtende konijntje. Dat werkt niet.    Conclusie: geen Charms.    Dan wordt het charmsificeren, vercharmsen, vercharmsificeren. Hoewel het verhaal zich er eigenlijk niet toe leent. Hebben die honden geen neus soms?    Honden kunnen geen erwtensoep ruiken, wist je dat? Ze ruiken erwten, boter, spek, soepvlees, varekensschenkel, bouillon, aardappelen, prei, winterpeen, knolselderij – alle ingrediënten los, en niet de uiteindelijke snert. Ze ruiken tweeduizend keer zo goed als mensen.    Dus het verschil tussen een speelgoedkonijn en een echt konijn ruiken ze ook heus wel.    Mogelijke openingen: het konijn dat zodirect het haasje is (rijmt op baasje), een wisseltruc, een goocheltruc (het spreekwoordelijke konijn uit de hoge hoed)...    Dan lijkt het wel abab te worden in plaats van aabb. Kan geen kwaad, beter zelfs, voor de plotselingheid.    En een konijn of ee

198 Het verhaal van de kloppende specht, de zwijgende oehoe en de boze eekhoorn

Afbeelding
   Spannend verhaal!    Strak. Louter actie. Mooi van ritme. En leuk van rijm en opbouw.    Dat kan niet anders dan van Charms zijn.    Het verdwijnt na 1937, dus vertaaltechnisch vergelijkingsmateriaal ontberen we.     Wie klopte daar? kan de titel zijn. Maar evengoed kun je denken aan Wie was dat? – alleen ga je dan denken dat het een raadsel is dat de lezer moet oplossen.     De kloppende specht, de zwijgende oehoe en de boze eekhoorn vind ik ook niet slecht. Verraad alles maar in de titel!    Maar misschien is Klop klop klop nog het beste.    Het is natuurlijk – ziet het ernaar uit – godsonmogelijk om het met dezelfde dieren als op de tekeningen even kort te houden en even strak te rijmen.    Er zal water bij de wijn moeten. Een sloot water.    Dat mag.    Zolang het maar geen slootwater wordt.    Of we maken het niet overal rijmend maar wel strak van ritme. Dat is ook al een hele opgave.    Of?.. Gaat het toch?..    Hebbes.    Doorbraakmoment: de gedachte dat de