322 Clerkx windt zich op

   ‘Hoe zit dit?’ kreeg ik een papieren brief van Aart Clerkx, de incomparabilis monographus et pictor peroptimus. ‘Ik hoop toch dat het niet jouw idee is om het rood te veranderen in zwart en de 12 op z’n kop te zetten!’
   En hij leverde meteen een alternatieve voorkant aan:
   Inderdaad wil de traditie dat de boekkaft van dit gedicht in strijdbaar en knalhelder rood en zwart wordt uitgevoerd, zie de uitgave van Van Oorschot uit 1947.
   Neen, mijn idee was het niet. Ik bemoei me zelden of nooit met de kaften van boeken, die door de uitgever worden geconcipieerd als aanschafbevorderende uithangborden die de lezer het chequeboek onbekrompen moeten laten kunnen trekken. En in het geval van Vleugels passend in de gehele collectie van louter uit tekst bestaande blikvangers van boekende aard. Ik vond hem mooi. Trouwens de hele boekverzorging is om door een ringetje te halen bij Vleugels. Maar ik vind de voorkant van Clerkx ook mooi – en om eerlijk te zijn, als je hem ziet en laat bezinken, beter, rauwer, directer. Op z’n kant, oké, dat is constructivistisch, maar op z’n kop, nee, dat is een ideetje. En ideetjes zijn het ergste. Voor de volgende druk zal ik de uitgever de clerkxiaanse van harte aanbevelen. Maar ja, uitgevers zijn – net als vertalers, grafisch ontwerpers en weergaloze en beter dan beste schrijver-tekenaars – doorgaans nog stronter dan stronteigenwijs.
_____

Verwijzingen. De twaalf, gevolgd door De intocht van Christus in Petrograd werd uitgegeven door Vleugels en is te bestellen – hier. De twaalf bij Van Oorschot is de Paul Rodenko-vertaling. Een doorlopend bijgewerkt cumulatief register op alle VandaagsVertaalProblemen staat in blog 241, hier.

Reacties

met onder meer de afgelopen tijd

160 Vintage Vondel

378 AI is op de mars

373 Nacht, trottoir – als a-tal

374 Nacht, trottoir – als sonnet

377 Verkeerde benen

375 Nacht, trottoir – als Herman Gorter

379 Nacht, trottoir – als a-lipogram

376 Delina Delaney, hoofdstuk II

345 Register & Inhoud VandaagsVertaalProbleem (cumulatief)

380 Nacht, trottoir – als ollekebolleke