35 Yawning Song
Slaapliedjes zijn er zolang als er kinderen zijn die niet willen slapen. Tot ver voor onze evolutionaire afsplitsing dus.
Het gedichtje is gebouwd op klank en intonatie. Het Engels is zes regels langer geworden. Maar Engelstalige kinderen doen er ook langer over om in slaap te vallen.
Is het nog wel een vertaling? De verschillen zijn in dit gedicht van de twintig misschien nog wel het grootst. Eigenlijk is alleen de onmogelijkheid van de voorbeelden hetzelfde gebleven. Maar dat was dan ook het voornaamste: dat het flauwekul was.
Toch wordt hieraan duidelijk welke vrijheden je als vertaler moet nemen om van iets hetzelfde te maken. Wat toch een van de betere definities van vertalen is.
Maar als dit een vertaling moet voorstellen, waarom zou de vertaler het dan een vertaling willen noemen? Het is net zo ‘geïnspireerd door’ als een groot percentage van authentieke originele gedichten is geïnspireerd door andere gedichten. Soms staat erbij ‘naar’ dit en dat, maar meestal is de aanleiding voor het gedicht door de schrijver in nevelen gehuld. En staat er maar één naam onder.
Slaapliedjes zijn er duizenden. In alle talen en culturen. In alle soorten en maten. Een heel mooie maakte de Russische dichter Aleksandr Vvedenski in 1940, dat ik (in Bij mij op de maan) zo vertaalde – en je zou mijn Nederlandse gedicht net zo goed een alternatieve vertaling van zijn gedicht kunnen noemen:
Het lied van de machinist
Slapen de schaapjes?
Ze slapen. Ze slapen.
Slapen de aapjes?
Ze slapen. Ze slapen.
Slapen de zwijnen?
Ze slapen. Ze slapen.
En de dolfijnen?
Ze slapen. Ze slapen.
Slapen de kraaien?
Ze slapen. Ze slapen.
En de papegaaien?
Ze slapen. Ze slapen.
En de kindertjes allemaal?
Ze slapen. Ze slapen.
Overal en helemaal?
Ze slapen. Ze slapen.
Maar ik en mijn locomotiefje:
Wij waken,
Wij waken,
En wij blazen rook
Over de daken,
Over de daken.
Het gedichtje is gebouwd op klank en intonatie. Het Engels is zes regels langer geworden. Maar Engelstalige kinderen doen er ook langer over om in slaap te vallen.
Is het nog wel een vertaling? De verschillen zijn in dit gedicht van de twintig misschien nog wel het grootst. Eigenlijk is alleen de onmogelijkheid van de voorbeelden hetzelfde gebleven. Maar dat was dan ook het voornaamste: dat het flauwekul was.
Toch wordt hieraan duidelijk welke vrijheden je als vertaler moet nemen om van iets hetzelfde te maken. Wat toch een van de betere definities van vertalen is.
Maar als dit een vertaling moet voorstellen, waarom zou de vertaler het dan een vertaling willen noemen? Het is net zo ‘geïnspireerd door’ als een groot percentage van authentieke originele gedichten is geïnspireerd door andere gedichten. Soms staat erbij ‘naar’ dit en dat, maar meestal is de aanleiding voor het gedicht door de schrijver in nevelen gehuld. En staat er maar één naam onder.
Slaapliedjes zijn er duizenden. In alle talen en culturen. In alle soorten en maten. Een heel mooie maakte de Russische dichter Aleksandr Vvedenski in 1940, dat ik (in Bij mij op de maan) zo vertaalde – en je zou mijn Nederlandse gedicht net zo goed een alternatieve vertaling van zijn gedicht kunnen noemen:
Het lied van de machinist
Slapen de schaapjes?
Ze slapen. Ze slapen.
Slapen de aapjes?
Ze slapen. Ze slapen.
Slapen de zwijnen?
Ze slapen. Ze slapen.
En de dolfijnen?
Ze slapen. Ze slapen.
Slapen de kraaien?
Ze slapen. Ze slapen.
En de papegaaien?
Ze slapen. Ze slapen.
En de kindertjes allemaal?
Ze slapen. Ze slapen.
Overal en helemaal?
Ze slapen. Ze slapen.
Maar ik en mijn locomotiefje:
Wij waken,
Wij waken,
En wij blazen rook
Over de daken,
Over de daken.
Reacties
Een reactie posten